Artificiële intelligentie creëert kansen en uitdagingen voor universiteiten. De ontwikkelingen op dit vlak volgen elkaar razendsnel op en de universiteit kan deze niet missen. Aan de UGent verwelkomen wij dan ook AI-systemen als handige tools, bruikbaar in het onderwijs, in het onderzoek en in de dagelijkse werking van onze universiteit
AI biedt immers een waaier aan nieuwe mogelijkheden, en dit voor alle collega’s aan de UGent. Voor lesgevend personeel denken we bijvoorbeeld aan de automatisering van sommige taken, hulp bij het vormgeven van lesmateriaal, het genereren van oefeningen, het geven van feedback … Collega’s die aan onderzoek doen, kunnen AI gebruiken om wetenschappelijke artikelen te helpen uitschrijven, subsidieaanvragen op te stellen en literatuuronderzoek te doen, grotere hoeveelheden data te analyseren … Door het genereren van hypothesen en het simuleren van experimenten kunnen nieuwe onderzoekslijnen worden geopend en nieuwe inzichten worden ontdekt.
AI-assistenten kunnen – bij wijze van eerste hulp – real-time ondersteuning bieden bij praktische vragen of ondersteuningsnoden binnen de UGent. Ook voor het verlichten van administratieve taken kan AI oplossingen bieden, bijvoorbeeld door administratieve processen te stroomlijnen, te helpen om taken te vereenvoudigen en routinematige taken (zoals gegevensinvoer, rapportering, verslaggeving, …) te automatiseren. Zo kan er tijd vrijkomen om innovatief, strategisch en klantgericht werk te verrichten. AI kan tot slot ook helpen om meer geïnformeerde beslissingen te nemen. In het kader van strategische besluitvorming kunnen bijvoorbeeld grote hoeveelheden data worden geanalyseerd, trends worden geïdentificeerd en inzichten worden gegenereerd.
De UGent nam recent verschillende initiatieven om onze studenten en onze collega’s kritisch en verantwoord van de tools gebruik te leren maken. We blijven dit verder zetten zodat medewerkers en studenten steeds op de hoogte kunnen zijn van belangrijke, nieuwe ontwikkelingen en kunnen ondersteunen in de omgang hiermee. Doorheen de andere delen van ons programma komen verschillende ideeën en voorstellen aan bod over hoe we als universiteit AI kunnen gebruiken. Een breder beleid inzake AI is volgens ons evenwel noodzakelijk. Als kennisinstelling staan we mee aan de basis van verdere ontwikkelingen, maar kunnen we ook een gezond-kritische stem in het maatschappelijk en wetenschappelijk debat over AI laten horen. AI komt immers niet zonder risico’s en beperkingen. De navolgende tekst vormt voor ons een basis om het beleid aan de UGent over AI verder uit te tekenen.
- AI en ons onderwijs
AI is in het bijzonder voor het onderwijs een gamechanger. Dit blijkt ook uit het laatste Digimeter-rapport: meer dan zeven op tien studenten gebruikt het voor opleidingsdoeleinden. Zodat studenten optimaal met AI leren omgaan, zullen al onze opleidingen hier aandacht aan moeten besteden, in bestaande vakken of in nieuwe. AI is nu al een belangrijke hulp voor studenten bij het schrijven van essays, scripties en onderzoeksrapporten door taal te verbeteren, data te analyseren … De impact van AI op opleidingen kan echter ook verregaander zijn. We starten en begeleiden daarom een denkoefening over de nodige aanpassingen aan het actuele opleidingsaanbod van de universiteit. Wat zal, bijvoorbeeld, de impact zijn van AI op de beroepen waartoe we opleiden? We kunnen de toekomst niet voorspellen, maar we mogen als universiteit niet achterlopen op veranderingen die AI met zich brengt.
Om ook alumni en zij die al aan het werk zijn de kans te bieden zich bij te scholen, worden faculteiten uitgenodigd om na te gaan of het nut heeft om actualiserende opleidingen hieromtrent aan te bieden. Dit kan bijvoorbeeld in het kader van levenslang leren of in samenwerking met VAIA.
We omarmen de mogelijkheden van AI om studenten een meer gepersonaliseerde leerervaring te bieden. Lesmateriaal en feedback kan bijvoorbeeld worden aangepast aan de individuele behoeften van studenten (studeertempo, beheersingsniveau, onmiddellijke feedback op opdrachten en oefeningen, …). Het kan ook helpen ons onderwijs inclusiever te maken. Door het creëren van toegankelijke leermiddelen, bijvoorbeeld door te voorzien in transcripties en vertalingen, biedt AI ook mogelijkheden om nog meer studenten een uitstekende leerervaring te bieden.
- Verantwoord en verantwoordelijk omgaan met GenAI
Het gebruik van AI-modellen gaat gepaard met ethische uitdagingen. De output van AI-tools mogen we niet blind vertrouwen, deze is immers niet steeds te vertrouwen. AI kan soms onnauwkeurige of misleidende informatie genereren, wat de kwaliteit en de betrouwbaarheid van onderwijs en onderzoek kan beïnvloeden. Daarnaast roept het gebruik van AI terechte vragen op over de bescherming van persoonsgegevens en, over de vertrouwelijkheid van onderzoeksdata en universitaire bedrijfsinformatie. Het waarborgen van de privacy en veiligheid van gegevens is cruciaal. Om die reden heeft de universiteit recent gekozen voor Copilot als standaard generatieve chatbot.
Een andere uitdaging is een verhoogd risico op plagiaat. Door AI-gegenereerde teksten zijn niet altijd makkelijk te onderscheiden van originele werken. Ook hiervoor zullen we als universiteit expliciet aandacht moeten hebben. AI-modellen kunnen tot slot bestaande vooroordelen in data versterken of bias veroorzaken. Dit kan leiden tot discriminerende uitkomsten. We moeten er ons kritisch van bewust zijn dat AI-antwoorden vaak gebaseerd zijn op inzichten uit een dominante, niet-bias-vrije Angelsaksische cultuur. ‘Open source’-alternatieven kunnen één middel zijn om de kans op bias te verminderen en bovendien is er aan de UGent heel wat onderzoeksexpertise over bias en hoe deze te vermijden.
Het is de gebruiker van een AI-tool die verantwoordelijk is voor de output, ook wanneer deze foute of misleidende informatie genereert. We beseffen dat het voor gebruikers echter niet steeds evident is om alle risico’s in te schatten. We zetten dan ook in op informatie voor alle UGent’ers over AI-tools en de risico’s die deze inhouden, hoe ze het best te gebruiken …
- Implementatie en acceptatie
De implementatie van AI in de werking van onze universiteit moet met de nodige zorg en voorzichtigheid gebeuren zodat de voordelen kunnen worden benut en de valkuilen worden vermeden. We zullen onder meer verder moeten inzetten op het trainen van onze studenten, docenten, onderzoekers en medewerkers om effectief en verantwoord gebruik te kunnen maken van AI-tools, zowel voor de generieke als de onderzoeksspecifieke systemen. Het vormingsaanbod, de ondersteunende internet- en intranetpagina’s, de werking van de werkgroepen … worden verdergezet en uitgebreid.
Daarnaast mogen we niet blind zijn voor de soms zeer ongelijke toegang tot AI, in het bijzonder wat betalende AI-modellen betreft. Het gebruik van GenAI-technologieën – en de noodzakelijke vorming – kan zeer hoge kosten met zich brengen, zowel financieel als in termen van tijd en middelen. Dit nodigt ons uit om te onderzoeken wat er mogelijk is via ‘open source’-varianten. Wanneer dit niet kan, hopen we deze kosten deels te kunnen drukken door strategische keuzes te maken, bijvoorbeeld door in te zetten op samenwerking, en de kosten deels te externaliseren, bijvoorbeeld via projectfinanciering of oproepen voor infrastructuur.
Tot slot is het een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid om ook de ecologische nadelen in overweging te nemen. Het energieverbruik van AI-tools, de productie van hardware, de installatie van datacenters … komt met een aanzienlijke energetische en ecologische kost. Onderzoek en innovatie zoals bijvoorbeeld dat van IMEC kan hierin een belangrijke rol spelen.